De uitlandsche kapellen voorkomende (papillons exotiques, Butterflies) V03, Cramer 1779 to 1791

UITLANDSCHE KAPELLEN VOORKOMENDE E E E N WAERELB-BE ASIA, AFRICA AMERICA, IN DE DRIE en BY EEN VERZAMELD EN BESCHREEVEN 2» X JE T Ç 32 JR JL ^L 31 JE M, DIRECTEUR VAN HET ZEEUVVSCH GENOOTSCHAP TE VLISSINGEN, LID VAN HET GENOOTSCHAP CONCORDIA et LIBERTATE TE AMSTELDAM ONDER DESZELFS OPZIGT ALLEN NAAR HET LEVEN GETEKEND, IN HET KOPER GEBRAGT EN MET NATUURLYKE KOLEUREN AFGETEKEND IV DEEL BESCHRTVING VAN PLAAT CCLXXXIX CCCC XXXXXXXXXXKXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX PAPILLONS EXOTIQUES DES PARTIES TROIS LASIE, L'AFRIQUE DU MONDE et LAMERIQUE RASSEMBLES ET DECRITS 3£\ JPXJEJRJRJE CJR^JMJEJR DIRECTEUR DE LA SOCIÉTÉ ZELANDOISE DES SCIENCES A VLISSINGUE ET MEMBRE DE LA SOCIETE CONCORDIA et LIBERTATE A AMSTELDAM DESSINÉS SUR LES ORIGINAUX, GRAVES ET ENLUMINE^ SOUS SA DIRECTION TOME QUATRIEME DESCRIPTION DES PLANCHES CCLXXXIX A AMSTELDJMtCHKz A UTRECHT, chez CCCC S J BAALDE BARTHELEMY WILLX MDCCLXXXIL UITLANDSCHE KAPELLEN VOORKOMENDE E L E N WAERELD-DE ASIA, AFRICA ™ AMERICA, DE DRIE IN BY EEN JP X JE T VERZAMELD EN B ESC11RE E VEN JE JR "(7 'jR JL 2\£ JE JR, DIRECTEUR VAN HET ZEEUVVSCH GENOOTSCHAP TE VLISSINGEN LID VAN HET GENOOTSCHAP CONCORDIA et LIBERTATE TE AMSTELDAM ONDER DESZELFS OPZIGT ALLEN NAAR HET LEVEN GETEKEND, IN HET KOPER GEBRAGT EN MET NATUURLYKE KOLEUREN AFGETEKEND CCLXXXIX IK DEEL PL A CCCC DE ATEN xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx PAPILLONS EXOTIQUES DES PARTIES TROIS LASIE L'AFRIQUE , DU MOi\DE et LAMERIQUE RASSEMBLES ET DECRITS 3£\ JPJCJEMJRJE CJmLIVLJEJEL DIRECTEUR DE LA SOCIÉTÉ ZELANDOISE DES SCIENCES A VLISSJNGUE ET MEMBRE DE LA SOCIETE CONCORDIA et LIBERTATE A AMSTELDAM DESSINES SUR LES ORIGINAUX, GRAVES ET ENLUMINE^ SOUS SA DIRECTION TOME QUATRIEME LES PLANCHES CCLXXXIX A AMSTELDAM, chez S J BAALDE d UTRECHT, chez BARTHELEMY WILD MDCCLXXXII CCCC iz m? PL CCLXXXIX BESCHRYVING DESCRIPTION VAN D E UITLANDSCHE PAPILLONS KAPELLEN plaat exotiques Planche CCLXXIX CCLXXIX Fig A B Sabina Deze geöogde Cette Nymphe a Nimph-Kapel is het Wyfje van dé vol- yeux ejỵ la femelle de la fuivante Fig C gende Fig C D Zy gebruikt maar vier D Elle na que quatre pattes ambulanpooten om mede te loopen, zynde de tes, les deux antérieures étant courtes Fig A B Sabina twee voorden kort en zonder Men nagels vindtze op het Molukkifche Eiland jimboina, en beruft in het Kabinet van Mevrouwe J J Châtelain geb Smith Fig D Sabina Verbeelt het Mannetje van de voorgaande Fig A De grond- tekening der bovenzyde komt nagenoeg met van die onder is 't Wyfje overeen , maar van dezelve in 't algemeen veel le- & fans onglets le Ou trouve dans Vis* les Molucque ^'Amboine, Cabinet de Madame ] J & 'celle-ci efỵ du Châtelain , Smith Fig C D Figure précédente fond de affez Cejl Sabina A Le le Mâle dejfein deffous il eft généralement plus vif, & vlakken, is fchooner en duidelyker gete- d'un plus beau dejfein de blaauwe vlakken en flippen een fhtynagtigen Mannetje bevindt van den Heer C Fig je E F \vy reeds in het ï\r Nimph - 't Deel Verzameling taches bleues ejl dijlincl S les points ont un lu/ire fatinè Ce Mâle fe trouve dans la Collection de Mr C Het Mannet- Fig E F Kapel hebben déjà repréfenté Eerde Deel op Fig B afgebeeldt \vy die van Dit les & plus la Stoll Stoll Mermeria dezer geöogde XCVI zig in de glans Auffi du près celui de la Femelle , mais en- raye ou la bande de taches oeillées, Ook hebben de- la furfece fupérieure reffemblc vendiger ,en de rey of band der oogswyze kend née Wyfje , 't Plaat Thans geeven welk op de on- yeux, dans che XCVI Mermeria le la Fig Mâle de Nous avons cette Nymphe Premiere Partie, Plan- B A préfent nous don- nons la Figure de la Femelle, qui fur le BESCHRYVING in kleur derzyde der vleugelen fchild van DESCRIPTION van veel ver- , evengemelde Mannetje; bo- 't de deffous des alles, diffère beaucoup dudlt Mâle, d'ailleurs on trouve parmi ces Fe- men onder deze Wyfjes zo melles tant de variétés , qtỵà peine on en veele verfcheidenheden dat 'er naauwe trouve deux qui fe reffembknt parfaite- lyks twee zig volmaakt elkander gelyken ment J'ai dans Ik heb vier natuurlyke voorwerpen der jets naturels de Femelles, vendien vindt Wyfjes in myne Verzameling, doch lenzynze, wat de kleur al- betreft onder- fcheiden ; de grondtekening egter en het oogswyze vlakken getal der , komt ge- dans toutes du fond & ma ColMtion quatre ob- les couleurs; le qui varient mais le dejfeiii nombre des taches oeillées fe reffemble presque entièrement notre Figure Elle eft de Suriname, noegzaam met deze afbeelding overeen Haar Vaderland is Surinamen Plaat Fig A B Orithya Deel op wy op Plaat XIX Planche CCXC In het Eerfte Fig C D hebben de afbeelding van het Mannetje, en Plaat XXXII Fig E F die Fig A B Orithya né dans XIX la CCXC Nous avons don- Premiere Partie , Planche & D la figure du Mâle, Planche XXXII Fig E F celle Fig C van het fur la Wyfje eener Chineefche Kapel gegeven delà Femelle, van welke deze maar een verfcheiden- dont celui-ci neparoit être qu'une variè- De d'un Papillon Chinois, blaauwc kleur té La couleur bleue des ks inférieures, op de ondervleugels en aan de binnen- & celle des bords inférieurs des fupèrieu- randen der bovenden res , heid fchynt te zyn agtigen glans Mannetje De , heeft een fatyn- hier afgebeelde Men vindtze is een op de Kuft van eft Mâle d'un luftre fatiné On le Celui ei eft trouve fur la Côte de Co- romandel Coromandel Fig C D Orithya Deze is het Wyf- Fig C D Orithya Ceft ici la Fe- Zy gelykt naar de Amboin- melk de la Figure A Elk reffemble fche geöogde Nimph welker afbeelding cette Nymphe yeux d' Amboine , que op Plaat CCLXXXI Fig E F in het mus avons repréfentée dans la Troifỵeme Derde Deel is te vinden By naauw- Partie, Planche CCLXXXI Fig E F jë van Fig A keurige vergelykinge blykt het egter dat Mais en les contemplant de près, on ap- te VL CCXC c P A P I L Tom ARCALAUS 57' ö8 5960 aecas pertinax fantasos abeba lus ASYCM1S TRIXUS 63 ORCUS.i 64 TAPE TUS 6r 62 6S- CORIiUI.O 66 EDIJ'US 67 (OI.US éa.-AVITUS 60 70 ?'• TALAUS NITOCRIS PAULINUS HERENNIUS 7374ô 75~Đ 77 78 79 80 JOVIANOS BRIALIS SALATIS ( CELAENUS EUMELUS VIRBIUS CEBRENUS DAUNUS I O, P L E B E ü J IV 391 ff IV 343 A.B IV 354- F.G IV IV IV IV 300 E.F » Ma.- ft 5 ,G II /"Fcmiiii 334 E F 334 G.H IV- ^4.I.K-L IV 365 E.F IV 354- A IV 366 E.F C O L A I lAnn No 247 JV '393 E IV 393 A B 156 E II 143 G II 178 G II.12Ó F II Tom 81 'HELTRIUS 82 83 8485 86 87 88 PARMEN1DES 85 90 91 92 9394 959Ö 97 98 99100 loi IV.392.I.K IV 354 11 E, IV 393 C 'V 393 F G IV 391; G II IV jgs.E.F IV 392.L M IV 392 N O Tweede ü R B S, PI Fig J02 103 I^-I PHIDIAS PALEMON LUCAGUS 15 PI Fig I 60.O IV 364 E F III 244 A B IJ 131 II I7Ö B1XAE F G CD III 199 III 199 F AMVCLAS ACASTUS I CD 41I9 9.e c 8) ih IV 380 M N I 63 G III 261 A B.C THASUS MIDAS BUSIRUS ANAPHUS CRETEUS II MEEANOER PELEUS CHROMUS 178 F III 284 III 270 C D H III 284 F Linn, Na IH 284 E 11 179- C II 179 D GENTIUS PROCAS MIMAS PHINEUS METIS CORAS VINDEX MENES Ge/lacht E., I- II 5=- A.B 17Ó.E II 162 I- 14J G Linih No 245 31- F IV- 353 G.H IV.393.H.I Seconde Genre PYLSTAARTEN, AVONDVLINDER SPHINX PAPILLONS , S P H I DU SOIR S NG E S Driehoekege of Frismatifchc Sprieten Aan de \oorzyde vylswyze j/rtand, by de Mannetjes race korce hairtjes bezet; iian 't einde een Antennes Primaliques cite antérieur dentelées en forme de lime , if dans les mâles garnies d un poil menu £? court hfkagtig ouiuje petite pointe en forme de Crochet Bes ; Groote uitpuilende en günfterende Oogen liet Lyf groot, dik en rond, het agterlyr" aan einde puntig; in de Mannetjes met een hair- 't fc? grands étincehrs grand, gros fcf rond Le bn»s de l'aidomen pointu Dans les Mâles pourvu d'une tonfx en forme de poil Les Mâles ont, vers la jointure des ailes fupe rie pres du bord exteneiir, un petit crochet mquelejt attaché un petit poil roide Mannetjes hebben by 't gewrigt der bovenvleûgeb naby den buitenrand eèYi haakje waar aan een ftyf veerkragtig hairtje m, 263 van , 263 ' DexeACASTU&fcâynt volgens detifbeefâng kkCLSRCK ICON tal 44.F// 3.4 A eigentlyke TAP PHIDIAS, LINNE- te zyn endjerhafyen niet onze hïer boven aldus genoemde No 83 être, femble Ia figure de CLERCK ICO.W Tab felon Cet ACASTUS ; 44 Fig 3.4 Ie vrai PAP» PHIDIAS N* Je LINNE-, & par ccmlcquem point celui quỗ/no'us avons nomme ainfi ci-dcsfu' No 83 ầ38) I corps De l'extrémité une Des Yeux Le agtig kwastje voorzien ;V Du , B â SPHINX- 19 PYLSTAARTEN MET GEHAKKELDE VLEUGELEN S Famille Famille Gezhi Eerjle SPHINX A AILES DENTELEES, BOURDONS PHI NX AL1SDENTICÜLATIS UNE TROMPE COURTE- EEN KORTEN ZUIGER Het agterlyf eerjKleurig, zonder ftrecpen of Vlakken De Vleugelen aaa de onderranden hoekig ches uitajefneden en Zy Vliegen by Nagt Tom PHALARIS II DE.MATUS II 125 CHOERULS MYRON 149 A m 247III Les ailes, vers forme G A 24? C les bords inférieurs^ d'angle Ils volent pi tig » L'abdomen d'nne couleur unie fans rayes ou pendant la nuit ta- découpées SPHINX Tom s6\ AMATMS DANCUS 3>31 .33- Toi» PI Fig' IV 394 C II 125 D II 107 C II 285 B Su HYLvEUS £9 OPriELTES 30- VITIS 4546 *?• 48 49 5°5152- IlLV.C, — HYPOTHOUS III NERII III PHORRAS =68 E 285 D 224 D I- 34- PAND ION 35- NESSJUS III Linn No lS Linn Ko CO 5354 226.D II 128 C H 125.E 38 AEAS 39- CECROPS 40 AC'I'EUS 41 ALECTO 42 ESON 43- NEOPFOLEMUS H' LYCETUS Linn Ko, III A C5) 226 B III 248 A 56 57585960 61 12 III 226 I37.D III 226 C II Linn No 20 IV 301 F h (Si.D Dwde CUS II 62 14Ư E.F theylia; III 226 E F DRANCUS 132.E IV 367 A IV 381 A B, IV 3y 8.C GORDIUS LICASTUS BRENNUS TERSA ACHEMENIDES PANOPUS EROTUS LABRUSC\E No 14* iv;.3s>7.c.(0 C III 22Ç — 267 A.tt BUTUS III.224-A.B II 104 BII 184 A II 104 A II 15* A PYRACMON III 2:17 B CRANTOR PENEUS BUBASTUS 88 D II IJ9 II 149- E I MORPHEUS Linn No 14.' D II.I37.E CHIRON Gezin Linn II B 55- IV 321 A 9* AN'UBUS CELERIO ïr PI Fig Troifieme Famille SPHINX EPERFIERS ONRUST PYLSTAARTEN SPHINX ANO BARBAT O UNE TROMPE LONOUE "^ EEN LANGEN OPGEROLDEN ROULEE ZUIGER Het einde van 't agterlyf met een breed hairagtig kwastje voorzien (*) Zy vliegen by Dag en by Avond Le bout forme de del'Abdomenpourvu d'une touffe large en poil (_*) Ils volent le PANDION fchyitt my ton de SPHINX MEGAERA LINN jVo PANDION ma femble être le SPHINX' MEGAERA, LINN No Zou àeze AEAS nia de SPHINX CAPENSIS LINN No 10 zyn l Cet AEAS ne feroit-il pas le SPHINX CAPENSIS, LINN No 10? Ç4) T>:zt , jour £f te le Joir zyn (4) Ce (5) , Cs) Ç6) Vide Linn Mantisfa A't pag 538 Spli Ter/:; Q6) Voyez Linn Manttfla Alt pag 538 Sph Tcrfi Ç*) Ik kan by deze gelegenheid nicl voorby une byzonderheid te me'den welke , zo verre my lekend ir, neg van niemand is de Pyljtaarten van het 2de G zin hei/bende boyenzyde van 't agterlyf, van den laatfien tot aan den zesden aangemerkt: Hing , bedekt /::.:' fiyve en fcherpe Hairen, welker fcher^te men gemakkedyk kan gevaar worden, wanneer men met den top var den vinger dezelve:: van 'l Agtettyf naar het Borstfluk zagtjes yoomvaarU jlrykt Aan geene de/ In- of Uitlaadfche Pyljlaarten Mc van 't EERSTE GEZIN heb ik \r yan dezelven op de gent, anderen wcik onder het die gemelde flyve Hairen kunnen ontdekken; de SPHINX ATROPOS heeft, wel is waar, doch het is teffem aanme kelyk dat die ook een veel korter Zuiger heeft, dan alle Ide p.'aelj, TWEEDE GEZIN bchooren De Pyljlaarten van 't DERDE GEZIN hebben deze' VOt/rhoemde Uaircn nog faver en fcherper dun die van 't TWEEDE, waarvan Je SPH STELLATARUM en FUCirORMIS, LINN No 27 opleveren doch aan de SPH APITORMIS , CULICIFORMIS , LINN No 29 èn 30, nevens alle de e-i aB een bev/ys kunnen -'-• kleine Glasvleugclige Soorten , ontbrecken dezelven en hunne Agterlyven zyn geheel glad en donsagtig (*) Cette occafion - ci ne me permet pas de p.-.ITcr fous filence une particularité, qui, tant que je fâche, n'a psj cV remarquée de perTonne Tous les Sphinx delà Seconde Famille, ont le desfcis de l'abdomen, depuis le dernier jusqu'au Sixième Aimerai, couvert d'un po'I roide & aigu Ce qui s'appercoit siicinent , quand on porte la pointe du doigt doucement ,du ct-té de l'abdomen vers le corfeJet Je n'ai pu découvrir , dans aucun des Sphinx de l'Europe ou des exotiques, de la PREMIERE FAMILLE, ces cheveux aigus Le SPHINX ATROPOS en a bien, a la vérité, moins fur la place fusmemionnûe , autres, qui appartienne!» a plus roides ce plus aigus mais la que : il elr en même teins SECONDE FAMILLE ceux la SECONDE remarquable, qu'il a aufli une trompe plus courte, que tous les TROISIEME FAMILLE ont ces poils encore STELLATARUM & FUCIFORMIS peuvent dans les SPH APIFOÜMIS "CULICIFORMIS Les Sphinx de la dont les SPHINX fervr d'exemple, I.1NN No 27 i\ 28 Mais on ne les trouve point LINN No 29 30 ni duns toutes les petites Upeces ailes viuves , vois de duvet & E , & leurs abdomen li n( entièrement uuds & cou' SPHINX J8 Met gehakkelde- VJeugelr ancien Met ronde Vleugelranden Met doorfchynende glasagtigỗ Vleugelen A 13 LEGITIIvfAE A A bords -dentelé? C d'ailes A B C'A bords d'ailes ronds ailes tranfparentes vitrées Tom PI Fig III 216 E PLUTO TRIPTOLEMÜS OICLUS PAN FEGEUS 9' io 1516 17- E 1H.222 F III 225- A III 225 B II 142 E IV 355- A I »7 C? CAM&RTUS DANUM GORGON ANCEUS JAPIX II IH.216.FIII 216 C III 216 D III 225 LYCTUS Tom NEssrus: PYLAS M- FARO Vierde PI Fig 107.D III 206 A lil.285 C 1» '3- II I 94-C II 146 G 63 E 142 F BELIS 18 19 CECULUS TANTALUS TITAN FAO US.' 20 PIC US 21 PELASGUS I II L'inn No 2/ Lina No.2£ 61 C I II 143 B 248 n m sa JỴO.MBILIEOR.ML5 IV.400.C Quatrième Familie Gezin BAST A.RD- ONRUSTEN SPHINX-BELIERS S.PHINX-ADSCITAE De Sprieten , in 't midden,, dikker dan aan aan hun Wortel en einde ; in zomoiige rond , doch in de meesten gepluimd Een gekrulden Zuiger Het agterlyf inng, dik en rond De Vleugelen langwerpig en fmal Zy vliegen by Dag en Nagt A Met doorfchycehdc of andere vlakken, op Les antennes, au milieu , plus épais/ts qü'au^Dans quelques tins leur bafe &f leur extrémité rondes , mais (fans la plus grande partie plumecéts de vleugelen B Zonder vlakken «; CEPHEUS MELAS CAUNUS EAGRUS E 45- G I 30, SI, 32 14 36 18 ÏHvMTWC 42 CR-EUSA IRUS III 248 F IV 63 F JMAON MINCEUS TIBURTUS CERBERA III 248 TUCLEKAS «o MEONES ECBÉMUS 22 23 24- MRi.ANTUS F 83 F III 236 A I 35 II IV 325 E IV 367 B TV 367 C IV 367 D ỴV 357.D- P1IERES IVJ382.C a6 IV 400 51 52 5354 Aa IV 357 c I' 3£- H III 287 I1ALYS PHLEGMON» LICHAS Ce LICHAS A , , h SPH , PUGIONE , LINN AV 45 PUGIONE, LINN No 45 ie SPII eil le poi.ymena hypparchus, inaurata RHEBUS AURATA MARICA DARIS 46 SCY TON - ALECTOiW 48 LICIIAS 49 LENEU8 50 SYl>ILUS D 150 eumoi.pih's spercihus.' CYSSEUS RUTILUS 43.CAFFRA 44 45 G- ATEREUS HEBER -/, tin» No 28 IV 357- A LUCETIA fur cysseus * PYERU^ MELANTHL'S NYCTEUS UI 237 B 2.S- C7O T)tze Llni No 39 I TEMENUS i3 sy 34 E, IV 347 A IH.224 •jo '33 CD 52 AI.MON POLIDAMON BROMUS EVADNES ' Tom 30 32 S2 III.248.D HIPPOTES A Avec 35 36 37 38 39 40 41 I ENAGRUS oblongues £? étroites jour &? la nuit des taches transparentes ou autres ailes, Ils volent ie Fij P.1 III 197 ẻJ.-LEUầASP1S 9- Las B Sans taches III 224 E 111 198 C I F G COARCTATA roulée L' Abdomen long , gros &? rond les ailes Tom S Une trompe 5=; 56 57, METEUS BRUNNUS' HBI.YMUAS EACUS LAUES ONYTES PiA.MAS PI Fig IV 355- »• IV 367 E III 248 C IV 323- F 197 D m 11 m n m m 146.C 13 D '97 C 140, Linn No 37 - E.F S34 F 264 A IV B IV 382 fi 248.ll IV 394- F, 20 F G m Lian Ne 37 48 F 11 99 B IV 382 D in a»/* 99 A IV 347- R II 147- C 11 I U.C IV 357 B I 83 B II m, sr^.E iJ4.G r PHALAENAE Tom CASSANDRA ARONTES 8." 59 63 PSAMAS ToitT Vim ito 41 IV 394 G IV.3S2.E iu 234 g Derde ïS PI Fig PRETUS CORAS CAPYS Ct 62 63 II PI V£; 175 E f, IV.$i2.A !• 56 E Troifiëme Genre Geflacht NAGT- KAPELLEN, PAPILLONS NOCTURNES ott PHALENES, PHALAENAE Eer/Ie Bende, Premiere Phalange FILE USES, BOMBYCES ZYDESPINSTERS Met Gepluimde A Sprkten, antennes Plumacées Eerjlt Gezin Premiere Familie SPIEGELDRAGERS PORTE MIRO 1RS, PHALAENAE ATTACÏ BREEDE KAMVORMIGE ANTENNES LARGES A PEIGNE SPRIE- TEN Une trompe imperceptible Le corps , proportion des Geen Zigtbaaren Zuiger Het Lyf naar maate van de Vleugelen* ailes , petit, gros velu 6? laineux.- L' Ab.do ordinairement plus court que lès ailes infé- klefe , dik en met ruiste wokigtige haircH bedekt ; het agterlyf meestal veel korter dan de ondérvletp men gels rieures 6? couvert a' un poil & ornéei de Vleugelen , meestal uitgebreid en met Les a' les ordinairement étendues doorfeliynende , Oogswyze -of taches oeiUées , transparentes ou autres fembtebles ïndcre kenlyke vlakken ^gefierdt ailes inférieures quittes A A Met Geltaarte Ondervleugels ailes rendes B 13 Met ronde Vleugelen De Hóornugtige A A - Tom LUNA SEM1RAMIS BOREAS EPIMETHEA, ATLAS I Tom Fig» PI A Liim Ho.~5 3t A B 12 I A 70 B 176 A 13 14 I II I 13- A Vnk No AUROTA Hi:S!'ER PAPIliA Pftr.YI'IIEMÜ?, TYRRHEA CAPENS1S I — — I I AJXJNOE lAnn No "2 I CYNTHIA I d2.A.B S9.A 16 PROMOTHEA :=, 17 [ANUS 76 A 15 64 A B I 64 C IV 356 A n.'io*a A I Dr ARMINIA SAI.MONEA 81 22 LIBERIA JLiCUNDA III 2Ư8.F.G III- 249- A IV.'jsư B C 83 IRENE llU2.ty.li Unir No Il _ a b 20 19 A.E A 322 A B rF.CRHPIA ' IW39Ỵ.A 4ô.?A- iv -324:a.bằ 1\' 13 lợGấrt A 68 A II 146 A 147 A B, 148 A I III 250 , IV 381 C —382- A P' Fig — 325 G CAPENâfS AP11I.LOMA C Linn Ỵ-Ỵ3 S» PHALAENAE ATA Cl 20 Tom IW.1 PI Fi£ 2425 25 IRM1NA ABAS I gil 39 - III 2^0 D.E.CO IV 303 B.C IV 303 D E NAUSICA 29 J0-30 77* A IV.39Ö.A I 45 A JaNA 51 PENELOPE; >-» MAJA 33 TARQUINIA, 34 35 35 SPECIOSA II ï A.B.C IV 367- F II 107 SYI.LA CASSANDRA III 240 III 197 PEREGRINA 40, a: 111.A.Ï IV 30^ A II CD MODESTA III 272 42- ZERBJNA 43' HONESTA 44 MIRABILIS FABIA 28" E IV 302 III 272 B III 250 B 46 CYN1RA II 152 47 4» HIRCIA I 30 G AGIS I 30 F III A 49 RIVULOSA LA MIS B 5't' B PI Fig; 107 H.'t26.B 41 45 98 A WPPODAMIA ACHELOUS 3'8 ẽV.344-A-B-ầ A7 ABASIA m ARMIDA ằ,* 304 A tV 355- C.JD IV METRA ANGULATA CD II 107 C A IV Sf.G I 61 E F Seconde Familie Tweede Gezin PHAL F1LEUSES PHALAENAE BOMBYSES ANTENNES ETROITES SMALLE GEPLUIMDE PL U M AC E ES SPRIETEN (*) ZYDESPINSTERS Geen zigtbaaren Zuiger Het Lyf dik , met wolagtig hair bedekt en langer dan de ondervleugels A De Vleugelen afhangende ,B De bovenvleugels Dakswyze, de -ondervleu- gels Vlak en vooruitgefchoven C De bovenvleugels Dakswyze en bedekken de ondervleugels Une trompe invifible Le Curps gros couvert d'gin poil l'aineux 6? plus , long queles ailes inférieures.' A Les ailes pendantes E Les ailes Supérieures en forme de Urià Les ailes inférieures pintes 6? devancées couC Les ailes Supérieures en forme de toift & vrant les inférieures ' PHALAENAE BOMBYX Tom 40' 4» 42 43' 44' 45' $ 49 5°' 51' 62' 53 STRTX hyphinoe MINEUS KROTEN I.UNATA BARBARA NIVEA BRGGA REGINA FESTIVA HIRTA NETRIX' DOLABRATA FLAVATA , Tom PI Fig 54 55 56 DIAPHANA; FUSCA NESEA IV 322 E C*) IV 369 C IV 368 B 57 BIBIANA SILVERIA IV.321.B 60 61 62 63 64 65 66 II 145 II 154 A C*0 Li au, No 82, B II 131 2t D IV 355 E m 277 a I 71 c IV.358.A IV 307 B IV 306 F IV 307 C 58 59 PI Fij; AMANDA IV 360 A IV 307 G IV 305 C IV 359 D IV 359 B.C IV 395 G IV 398 E IV 398 H IV J98.I iv 397 o IV 383 ZERAH SANGARIDA IV 395 G IV 381 D PUSILLA ALBINA HEI.LADIA CRISTATA FLAVIA Derde Gezin o CD ïroifieme Familie EDELE ZYDESPINSTERS FILEUSES NOBLES PHALAENAE BOMBYX, NOBILIS "LANGE GEPLUIMDE SPRIETEN Een opgerolden Zuiger De VÏeugelen afhangende , meestal met doorfchynende , glanzige, of andere vlakken gefierd B De bovenvlcugels Dakswyze en de onder- A vleugels waayerâgtig geplooid Totn PI li» I •2 NUMANA CYANE MILITARÏS LIRIS III 227, — A 228 A III.24-.D I 29 B 63 F III.2Ö2.E EGEON STRATOXfCE 59.B.0O CATILINA AGLAL'RA 398 K 85 B IV 400 B I 75) E F III 263 E TRICOLORA III TERESIAS I\ I 263 E ANTENNES LONG UES PL UMACEES Une trompe roulée A Les ailes pendantes , ordinairement ornées di taches transparentes , luifantes ou autres B Les ailes Supérieures inférieures pliées en en forme de tma forme d'éventails o «f P 2£ Tom *4< iS 27 23 29 3° 3i32 33343536 3" 3S 394o 41 G JV.345-D CIRCE III 26$ «5' IC/âFA 66 ORSA 67 VITREA 111 128 D — 274- E ATEREA PORPHYRIA CEPHISE PAP1LI0NARIS SYBARIS 68 69 IV 370 F IV 397- E IV 3«'.E I 29 A I 71 E 70 7i '72 73 74- IV 345- A.C*) III 263 IV 398 A.B M 77,- TI1ARIS; C c & NV- EUS t'0 DRYAS EUGENIA BAJULARIA EUROCILIA NARCISSUS.t MEMBLIARIA ALCIPHRON II 172 II 17S IAVAVA 78 II 133- A.B» 274 C 131 C rv 369 d IV 236 II 142 C II 185 F II 26 E 1.- 72 cr I 92 E III 274 F IV 346 A B IV 63 C III 206 C II 133 D IV 34S B III 52 A CD HERMIA %\ CROCOS IDONEA PUNCTATA E II SILVANDRA VENUS CRESUS PUNCTARIA MEONA.- 81 82 NOEMA 83 BI riA 84 ALTRIX «5 PILUMNIA 86 ELEUTHERA 87 INTERRUPTA 88 ENCELADA 89 HIPPARCHIA 90 PMEDONIA 9ii EUMELA 92 PETAVIA 93- DIMAS 94- VANINIA I 73* E F III.269 C.D III MONYCHA Liant NS 89 C 49 HELOPS 50 ILUS 5' NITIDA 52 CEOONULLI 53 NICETA 54 AMASIS 55 LACTINEA G6 MAURITIA 57 SANGUINOLENTA IH 264 C 53 VIDUA IV 345- E59 URSULA ' MONYCHA Vierde Bende P 142 D 70 I) HE